ZZP'er

ZZP'er aan de top óf onderaan inkomenspiramide.

De bijna 800 duizend Nederlandse zzp'ers bevinden zich ofwel aan de top van de inkomenspiramide, of stijf onderaan. Ruim eenvijfde van de zzp'ers behoorde in 2014 tot de bovenste 10 procent van de piramide met een gemiddeld inkomen van 73 duizend euro, terwijl bijna 100 duizend zzp'ers dat jaar moesten rondkomen van 6.600 euro.

Door: Jonathan Witteman & Marko de Haan; Volkskrant 27 januari 2016.

Dat blijkt uit vandaag gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek over de alsmaar aanzwellende schare zelfstandigen zonder personeel in de Nederlandse economie. De cijfers bieden een begin van een antwoord op de kernvragen in het verhitte zzp-debat: zijn zzp'ers vooral zelfstandigen zonder poen en is het zzp-schap slechts een vijgenblad voor verkapte werkloosheid en uitgeholde arbeidsrechten? Of zijn het vooral zelfstandigen zonder (financiële) problemen, toonbeelden van 21ste eeuw onderschap?

Voor beide antwoorden valt iets te zeggen, blijkt uit de CBS-cijfers. De grootste groepen zzp'ers zitten namelijk in de twee hoogste inkomensgroepen en in de allerlaagste. Naast de 162 duizend zzp'ers in de bovenste 10 procent van de inkomenspiramide zaten nog eens 102 duizend zzp'ers een treetje lager met een gemiddeld inkomen van 41 duizend euro.

Tegenover deze grootverdieners staat een grote groep van zzp'ers die alle zeilen moeten bijzetten om rond te komen. Bijna de helft van de zzp'ers verdient (veel) minder dan 25 duizend euro per jaar. Boven de groep van bijna 100 duizend zzp'ers met een gemiddeld inkomen van 6.600 euro zitten bijvoorbeeld 49 duizend zzp'ers met een inkomen van 14 duizend euro en 48 duizend zzp'ers met 16,5 duizend euro aan inkomen.

De verschillen tussen sectoren zijn groot. Zzp'ers verdienen het meest in de financiële dienstverlening, gezondheidszorg (bijvoorbeeld als medisch specialist) en in de zakelijke dienstverlening. Het moeilijkst hebben zzp'ers het in de horeca, de sector cultuur, sport en recreatie en in de categorie 'overige dienstverlening', waartoe onder meer kappers, fotografen en stomerijen behoren.

In de cultuursector, waar het gemiddelde inkomen 22 duizend euro bedroeg, verdiende bijvoorbeeld één op de zes zzp'ers slechts 6.600 euro, waarvan 5.000 euro puur uit ondernemerschap, en de rest via neveninkomsten als loon, pensioen of een uitkering.

De bijna 800 duizend Nederlandse zzp'ers verdienden in 2014 gemiddeld ruim 34 duizend euro. Daarmee was hun inkomen beduidend lager dan dat van overheidspersoneel (45,8 duizend euro) en iets lager dan dat van werknemers in het bedrijfsleven (35,3 duizend euro). De half miljoen zzp'ers die uitsluitend van hun ondernemerschap leven, deden het dan weer iets beter met een inkomen van 36 duizend euro. Het inkomen van zzp'ers daalde tussen 2011 en 2014 met 3 procent.

Van de meer dan 1,3 miljoen Nederland die als zzp'er werken, halen zes op de tien, oftewel een kleine 800 duizend, hun belangrijkste inkomen uit het ondernemerschap, terwijl vier op de tien het vooral naast hun loon, pensioen of uitkering doet.